De UEFA Champions League is een gesloten feestje voor de allerrijksten met ieder jaar een aantal wisselende gasten. Deze editie kent één debutant op de gastenlijst: Sheriff Tiraspol. Daarmee is het de eerste club uit Moldavië die deelneemt aan het miljoenenbal. Of toch niet?
De Moldavische bevolking liep geen polonaise toen Sheriff Tiraspol kwalificatie voor de Champions League veilig stelde. In tegendeel zelfs. Het succes van de club is een doorn in het oog voor de Moldaviërs. Tiraspol ligt staatkundig gezien wel in Moldavië, maar maakt onderdeel uit van Transnistrië, een de facto onafhankelijke regio.
Na de val van de Sovjet-Unie verschoof Moldavië van de Russische invloedssfeer naar de westerse. De Moldavische bevolking was hierover verdeeld. Zo voelden de inwoners van Transnistrië zich meer betrokken bij de Russen. Met behulp van diezelfde Russen wisten ze zich in 1992 af te scheiden van Moldavië. Maar de onafhankelijkheid wordt door geen enkel land – zelfs niet door Rusland – erkend.
Transnistrië ziet zichzelf wél als een onafhankelijke staat en heeft ook verregaande autonomie weten te verkrijgen. Zo werd de Russische voertaal behouden en beschikt het gebied over eigen wetten, eigen verkiezingen en een eigen president. Dit zorgt voor een bizarre geopolitieke situatie.
In 2014 sloot de EU een associatieverdrag met Moldavië. Dat verdrag geldt ook voor Transnistrië – de EU ziet het gebied immers niet als onafhankelijk. Door de verregaande autonomie hebben internationale organisaties er niets te zeggen, zo ook bijvoorbeeld Interpol. Het gevolg is dat bedrijven in Transnistrië zich als cowboys in het Wilde Westen kunnen gedragen: er is nauwelijks controle. Ironisch genoeg heeft het logo van Sheriff (Tiraspol) overeenkomsten met de ster van een sheriff uit het Wilde Westen.
Sovjetinvloeden
Zet één voet in hoofdstad Tiraspol en het voelt alsof je in een tijdmachine naar de Sovjet-Unie bent gestapt. Het straatbeeld kenmerkt zich door standbeelden van Lenin en verheerlijking van het Sovjetverleden. De betonnen flats zijn niet te onderscheiden van die uit het Sovjettijdperk.

Moldavië is een van de armste landen van Europa. Transnistrië belichaamt de uiterste ondergrens van armoede: het bruto nationaal product bedraagt slechts één miljard dollar. Hiermee is deze regio het armste gebied van Europa. Ter vergelijking: onder alle deelnemers van de Champions League wordt in totaal ruim twee miljard euro verdeeld. Hoe is het mogelijk dat een voetbalclub uit een van Europa’s armste gebieden actief is in de meest lucratieve clubcompetitie?
Het antwoord zit in nog één kenmerk van het Transnistrische straatbeeld: Sheriff. Overal kom je de naam van het concern tegen. Het bedrijf bezit tankstations, bouwbedrijven, het volledige telecomnetwerk én heeft maar liefst negentig procent van de brandstofmarkt in handen. Sheriff is met recht een monopolist te noemen. Overal waar geld lonkt, prijkt de naam Sheriff. Zo ook op ’s lands grootste voetbalclub.
In 1997 werd de club opgericht als Tiras Tiraspol, maar één jaar later werd de naam veranderd in Sheriff Tiraspol. Verwijzend naar, inderdaad, het monopolistische concern Sheriff dat tevens hoofdsponsor van de club is. Al het geld van Sheriff wordt rechtstreeks in de voetbalclub gepompt. De top van Moldavië – de club voetbalt ‘gewoon’ in de Moldavische competitie aangezien voetbalbonden FIFA en UEFA Transnistrië niet erkennen – werd in sneltreinvaart aangevallen. Sinds de oprichting werd Sheriff negentien keer kampioen van Moldavië en won het tien keer de nationale beker. De begroting van de club ligt rond de tien miljoen euro: vergelijkbaar met die van bijvoorbeeld Sparta Rotterdam of NEC. Het budgettaire verschil tussen Sheriff Tiraspol en de andere clubs in de Moldavische eerste klasse is enorm. De kloof is groter dan de situatie die bijvoorbeeld in de Bundesliga (Bayern München) en de Ligue 1 (Paris Saint-Germain) is ontstaan.
Hypermoderne faciliteiten
Dankzij de inmenging van het bedrijf Sheriff stroomt het geld binnen. Dat uit zich in de infrastructuur van de club. Het stadion van de topclub biedt plek aan ruim veertienduizend toeschouwers en voldoet aan alle eisen van de FIFA. De faciliteiten bestaan uit onder meer een complex voor de reserves, een indoorarena, dertien voetbalvelden, een vijfsterrenhotel en een autodealer. Kostenplaatje: 200 miljoen dollar. Een vijfde van het bruto nationaal product van Transnistrië.
Dit seizoen zullen Denzel Dumfries en Stefan de Vrij met Internazionale in het Sheriff Stadium spelen. Daarnaast zullen Shakhtar Donetsk en voormalig Super League-initiator Real Madrid te bewonderen zijn in de hoofdstad van Transnistrië. Het contrast kan niet groter worden. Clubs die jaarlijks tientallen miljoenen euro’s ontvangen aan televisiegelden alleen spelen in Europa’s armste regio tegen een club die volledig afhankelijk is van het monopolistische concern Sheriff. En de bevolking van Transnistrië? Die zullen financieel weinig merken van de deelname van Sheriff Tiraspol aan de Champions League, maar krijgen wel de kans om Karim Benzema, Lautaro Martinez en Lassina Traoré in het echt te zien voetballen.
Pingback: Waarom Lincoln Red Imps slechts acht kwalificatiepogingen voor succes nodig had – Nick Dierckx
Pingback: De meest noordelijk gelegen club in het Europese voetbal geïnspireerd door Jürgen Klopp – Nick Dierckx
Pingback: De Braziliaans getinte debutant uit Armenië – Nick Dierckx
Pingback: Kazachse debutant brengt monopolypositie Astana aan het wankelen – Nick Dierckx
Pingback: Waarom de kwalificatie van Flora Tallinn geen toevalstreffer hoeft te zijn – Nick Dierckx