Waarom de kwalificatie van Flora Tallinn geen toevalstreffer hoeft te zijn

Met de invoering van een derde Europese toernooi door de UEFA is het aantal clubs dat deelneemt aan de Europese competities aanzienlijk gestegen. 96 clubs kruisen, evenredig verdeeld over de drie toernooien, Europa door op zoek naar roem en glorie. Deze groei zorgt ervoor dat ook onbekendere clubs een kans krijgen om hun kunsten in Europa te vertonen. In deze serie licht ik zes van deze clubs – allen actief in de Conference League – uit. Met in het laatste verhaal uit deze serie aandacht voor Flora Tallinn, de Estse debutant in een Europees hoofdtoernooi.

Flora Tallinn is ook meteen een van de nieuwste clubs uit de Conference League. De club werd pas in 1990 opgericht, in het jaar dat Estland zichzelf onafhankelijk verklaarde van de Sovjet-Unie. “Flora Tallinn is daarom de club van de Esten,” vertelt Arno Pijpers. De oud-voetbaltrainer was twee periodes trainer van de Estse kampioen. “In de jaren ’70 en ’80 was voetbal verboden in Estland. Op het moment dat veel Esten bij elkaar kwamen (om te voetballen, ND.), kwamen nationalistische trekken naar boven en dat was tijdens de Russische overheersing not done.”

Flora was de eerste club in Estland die werd opgericht door een Est: Aivar Pohlak. “Flora ziet zichzelf als een echte Estse club met normen en waarden gebaseerd op het West-Europese voetbal.” Pohlak is een grote man in het Estse voetbal. Na jarenlang voorzitterschap van Flora is hij inmiddels al een gehele poos voorzitter van de Estse voetbalbond, de EJL. Zijn zoon Pelle is sindsdien voorzitter van Flora.

Toch was voetbal, voor maar ook zeker na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie, niet de populairste sport in Estland. Pijpers: “Basketbal was verreweg de belangrijkste sport. En natuurlijk heb je ook alle wintersporten. Maar de laatste tien tot vijftien jaar is voetbal de meest populaire sport geworden. Die inhaalslag is zeker gemaakt. Het is nog zeker niet zo dat ieder kind gaat voetballen, maar het is een stuk beter geworden. In Nederland wordt in ieder dorp gevoetbald. Hier is het in de grote steden – Tallinn, Pärnu en Tartu – sterk ontwikkeld met goede jeugdclubs, maar het is niet zo dat in ieder dorp een voetbalclub zit.”

Reisje naar de zon
Pijpers kwam in 2000 voor het eerst in Estland. Hij nam de rol van bondscoach van het Estse voetbalteam op zich en werd daarnaast ook trainer van Flora Tallinn. In 2017 keerde hij terug voor een tweede periode in de hoofdstad. “Toen ik kwam in 2000 gingen we jaarlijks drie tot vier maanden naar Cyprus of Malta in de winter. Daar gingen we trainen omdat de accommodaties in Estland niet voldeden. Inmiddels liggen er allerlei kunstgrasvelden, een overdekt veld en dat soort zaken.”

Ook werd er een gloednieuw stadion uit de grond gestampt. “Toen ik de eerste keer aankwam zag ik een stuk terrein liggen. De voorzitter zei: ‘hier komt het nieuwe stadion te staan en over een half jaar spelen we hier tegen Nederland.’ Ik dacht bij mezelf: dat kan nooit, er staat alleen een waterput. Maar toch had hij gelijk. Het was niet helemaal af, maar we speelden er wel. Bijna twintig jaar later is het stadion eindelijk af.”

Het stadion van Flora Tallinn. De eerste wedstrijd in dit stadion was Estland – Nederland (2-4) in 2001.

Niet alleen de faciliteiten verbeterden in de afgelopen twee decennia, maar ook het niveau van het voetbal. Kwalificatie voor de Conference League is het resultaat. “Ik zie het als een resultaat van jarenlang beleid. Er is veel energie ingestoken om dit te bereiken op een manier waarbij ze visie hebben getoond. Er is niet overhaast gehandeld.”

Het beleid in het halen en verkopen van spelers is de afgelopen jaren aangepast met als doel om de jeugdopleiding naar een hoger niveau te tillen. “Jonge jongens die het goed doen worden aan het buitenland verkocht wanneer er interesse in ze wordt getoond. De opbrengst van die transfers worden geïnvesteerd in de club en het wederom opleiden van jonge spelers waardoor het niveau kan blijven stijgen.” Toch heeft Flora ook de nadelen van dit beleid meegemaakt. “Het sloeg op een bepaald moment door. Soms werden er twee, drie of zelfs vier jongens per seizoen verkocht. Dat waren natuurlijk de meest talentvolle spelers. En de jongens die hun gat moesten opvullen waren nog niet klaar om op het niveau te spelen. Daarom hebben ze nu ingezet om jongens die aan het einde van hun carrière zitten maar het niveau nog aankunnen, terug te halen. Een goed voorbeeld daarvan is Konstantin Vassiljev.” Vassiljev heeft inmiddels 137 interlands op zijn teller staan en mag dus met recht een gewaardeerde kracht binnen het Estse voetbal worden genoemd. “Ik denk dat dat een beslissende stap geweest is in het bereiken van zo’n groepsfase.”

Incidenteel?
Vanuit Nederlands perspectief wordt met weinig argwaan naar de opkomst van het Estse voetbal gekeken. Toch denkt Pijpers dat deze kwalificatie van een Estse club geen incident hoeft te zijn. “In dit geval kun je zeggen: ze hebben het bereikt dankzij goed beleid.” Wel plaatst hij een belangrijke kanttekening: “Het hangt altijd van de lichting spelers af. Op het moment dat Flora een goed seizoen draait en één of twee sterkhouders vertrekken, kan het zomaar zijn dat ze een stap moeten terug zetten. Dan kan het goed ze twee of drie jaar moeten bouwen om het volgende resultaat te behalen. Het aantal inwoners van Estland (ruim 1,3 miljoen, ND.) zorgt niet voor een continue aanwas van nieuwe spelers.”

Pijpers – die in 2008 de Orde van het Kruis van Terra Mariana ontving voor zijn verdiensten in het Estse voetbal – vergelijkt de situatie dan ook met die van Sparta of Willem II. “Met het team wat ze dit jaar hebben, zou Flora het in de Eredivisie goed doen en in de middenmoot eindigen. Dat lukte Sparta en Willem II ook. Maar voor hun geldt ook: je raakt een paar spelers kwijt en het jaar erop moet je weer opnieuw beginnen.”

Met nog één wedstrijd te gaan in de poulefase van de Conference League maakt Flora Tallinn nog kans op overwintering, al zal het geen makkelijke taak worden. Flora heeft twee punten achterstand op nummer twee Partizan Belgrado. Waar Flora uit naar koploper AA Gent moet, speelt Partizan een thuiswedstrijd tegen het Cypriotische Anorthosis Famagusta. Of Flora zich wel of niet kwalificeert voor de volgende ronde, doet volgens Pijpers niets af aan het succes. “Het is de grootste prestatie die door een Estse club geleverd is.” Al zullen niet alle voetballiefhebbers in Estland trots zijn op deze prestatie van Flora Tallinn. “De Esten zijn kalm en rustig, die voelen weinig rivaliteit. Maar de Russische voetballiefhebbers in Estland voelen dat wel. Een Feyenoord-supporter krijgt het ook moeilijk uit zijn strot om trots te zijn op Ajax omdat ze alle groepswedstrijden hebben gewonnen.”

De stand in de poule van Flora Tallinn. Bron: @europacnfleague

______________

Dit was het laatste verhaal uit een serie van zes over onbekendere clubs die dit seizoen deelnemen aan de Conference League. Benieuwd naar eerdere verhalen? Lees ze via de links hieronder.

Lees ook de proloog over Sheriff Tiraspol
Deel 1: Sloveense coëfficiëntendwerg
Deel 2: Gibraltarese debutanten
Deel 3: Het Liverpool van Noorwegen
Deel 4: Braziliaans getinte Armeense debutant
Deel 5: Wankelende monopolypositie Astana

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *